Heeft u uw
financiële zaken
op orde?

Lees de checklist

Intermedis A & A

Parkeerruimte, wat is dat voor de btw?

Geplaatst op: 23-03-2023, 09:34:41

In een recente uitspraak van Hof Arnhem-Leeuwarden over de verhuur van parkeerruimte is besloten dat de verhuur van garageboxen kwalificeren als de belaste verhuur van parkeerruimte. De Hoge Raad [1] heeft enkele jaren geleden de toon gezet en is gevraagd [2] dat nu weer te doen.

Het Hof komt tot de conclusie [3] dat de getoonde en beschreven onroerende zaken naar hun aard en inrichting zijn bestemd om te worden gebruikt als parkeerruimte voor een voertuig. Het Hof neemt daarbij in aanmerking het spraakgebruik, de bestemming bij hun bouw en dat deze bereikbaar zijn via de openbare weg. En dan komt het: de onderhavige garageboxen beschikken geen van allen over voorzieningen of inrichting die deze in het bijzonder geschikt maken voor andere doeleinden dan het parkeren van een voertuig. De enkele omstandigheid dat aan een garagebox een andere aanwending mag worden gegeven of in de praktijk wordt gegeven maakt van die garagebox niet tot een functionele ruimte, die vrijgesteld zou zijn van omzetbelasting.

Naar mijn mening moet deze redenering precies andersom zijn: in beginsel is de verhuur van elke ruimte in beginsel vrijgesteld van btw tenzij er sprake is van een speciaal in de wet aangewezen ruimte, zoals o.a. parkeerruimte. Wat maakt in casu deze ruimte dan zo bijzonder, dat zij naar hun aard en inrichting – dus twee cumulatieve vereisten – dat het karakter van algemene ruimte plaats moet maken voor dat van parkeerruimte?

Bij mij komt in eerste instantie de gedachte op dat een parkeerruimte een species is van het genus multifunctionele ruimte. Dus de redenering dat er geen bijzondere kenmerken aan de “parkeerruimte” zijn waardoor die als multifunctionele ruimte moet worden bestempeld is de wereld op zijn kop zetten. En dit gat is ook niet te dichten met het uitgangspunt dat een uitzondering op vrijstelling ruim moet worden uitgelegd.

Belanghebbende betoogt nog wel dat er aanvullende dienstbetoon moet zijn om van multifunctionele ruimte te kunnen spreken, maar daar gaat het Hof aan voorbij. Je zou kunnen vinden dat de aard gevonden kan worden in de bedoeling bij de bij bouw, maar dan is pas één element vervuld. De ligging aan de openbare weg als doorslaggevend element voor de inrichting van een garagebox vind ik weinig overtuigend. Dat maakt dat een auto er makkelijk bij kan, maar niet meer en niet minder. Mijn idee is: oh wat fijn dat ik met mijn auto bij mijn berging kan komen om mijn spullen daarin op te bergen. Dus dat is in mijn ogen geen bijzonder kenmerk. Ook die grote kanteldeur zou nog kunnen worden aangevoerd, maar die maakt alleen dat er hele grote objecten in de onroerende zaak kunnen worden opgeborgen, denk bijvoorbeeld aan decorstukken of groot plaatmateriaal voor de bouw. En als een beroep gedaan wordt de grootte van deze garages, die voldoet in vele gevallen niet meer aan de maatvoering van de huidige auto’s. Een dikke bak past er meestal al niet meer in tenzij je via het dak wil uitstappen (en dan mag de garagebox ook niet te laag zijn).

In het verlengde van de verhuur van parkeerruimte ligt de verhuur van lig- en bergplaatsen voor vaartuigen. Niet elke plaats die je kan huren is naar aard en inrichting geschikt voor het afmeren van schepen. Daarbij verwacht je al gauw een steiger voor je, met daarop bolders of ringen om een vaartuig af te meren. Je vaartuig tegen een ongeprepareerde wal moeten duwen en gebruik maken van je eigen meegenomen anker/draaipin of de lokale boom gebruiken, lijkt mij onvoldoende voor het voldaan aan inrichting. Het op het strand bij eb of vloed beachen van een vaartuig maakt van die plek ook geen ligplaats, ondanks dat het vaartuig wel op de grond ligt.

En als ik mijn kleine sloepje in zo’n garagebox onderbreng, is er dan ook sprake van een bergplaats voor voertuigen? Ik vind dat het Hof de oren wel heel makkelijk laat hangen naar het HR-arrest en weinig openstaat voor een frisse kijk op de wereld.

Naar mijn mening leent deze zaak zich uitstekend voor prejudiciële vragen zodat het Hof van justitie zich kan uitlaten over de interpretatie van het begrip “parkeerruimte”. En verder zou ik als belanghebbende alle argumenten van Bijl [BNB 2017/80] en Van der Wulp (Btw Brief 2017/36] in volle omvang naar voren brengen. Het wordt de hoogste tijd dat het Hof van Justitie zich hierover uitlaat.

[1] Hoge Raad ECLI:NL:HR: 2017:185 met noot van D.B. Bijl

[2] V-N 2023, pt. 1.3 lopende procedure Hoge Raad

[3] Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden ECLI:GHARL:2022:10096

Mr. Toon Hasselman is verbonden aan Lenos CS VAT & Customs Lawyers en EJP-financial astronauts en is auteur en specialist bij Fiscaal Vanmorgen.

Bron: www.accountancyvanmorgen.nl van 22 maart 2023

Ga terug naar de vorige pagina